bevestigen
Ze kon het goede nieuws aan haar man bevestigen.
تأیید کردن
او توانست خبر خوب را به شوهرش تأیید کند.
vergelijken
Ze vergelijken hun cijfers.
مقایسه کردن
آنها ارقام خود را با یکدیگر مقایسه میکنند.
missen
Hij miste de kans op een doelpunt.
از دست دادن
او فرصت گل زدن را از دست داد.
bezoeken
Een oude vriend bezoekt haar.
دیدن
یک دوست قدیمی او را میبیند.
uitzoeken
Ze zoekt een nieuwe zonnebril uit.
انتخاب کردن
او یک عینک آفتابی جدید انتخاب میکند.
openen
De kluis kan worden geopend met de geheime code.
باز کردن
گاوصندوق با کد رمز میتواند باز شود.
verliezen
Wacht, je hebt je portemonnee verloren!
گم کردن
صبر کن، کیف پولت را گم کردهای!
zitten
Ze zit bij de zee tijdens zonsondergang.
نشستن
او در غروب آفتاب کنار دریا مینشیند.
overtreffen
Walvissen overtreffen alle dieren in gewicht.
سبقت گرفتن
والها از همه حیوانات در وزن سبقت میگیرند.
genoeg zijn
Dat is genoeg, je irriteert!
کافی بودن
کافی است، شما آزاردهنده هستید!
veroorzaken
Alcohol kan hoofdpijn veroorzaken.
باعث شدن
الکل میتواند باعث سردرد شود.
evalueren
Hij evalueert de prestaties van het bedrijf.
ارزیابی کردن
او عملکرد شرکت را ارزیابی میکند.