Taalgids

nl Ontkenning 2   »   pl Przeczenie 2

65 [vijfenzestig]

Ontkenning 2

Ontkenning 2

65 [sześćdziesiąt pięć]

Przeczenie 2

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Pools Geluid meer
Is de ring duur? C-y --n p--r-ci-n-k j-s--dr---? C__ t__ p__________ j___ d_____ C-y t-n p-e-ś-i-n-k j-s- d-o-i- ------------------------------- Czy ten pierścionek jest drogi? 0
Nee, hij kost maar honderd euro. N-e---os---j- t-lko-s-- ----. N___ k_______ t____ s__ e____ N-e- k-s-t-j- t-l-o s-o e-r-. ----------------------------- Nie, kosztuje tylko sto euro. 0
Maar ik heb er maar vijftig. A-- j- ----t---o -i-ćdzi---ąt. A__ j_ m__ t____ p____________ A-e j- m-m t-l-o p-ę-d-i-s-ą-. ------------------------------ Ale ja mam tylko pięćdziesiąt. 0
Ben je al klaar? J-s--ś j-ż--o-o-y-/--o-ow-? J_____ j__ g_____ / g______ J-s-e- j-ż g-t-w- / g-t-w-? --------------------------- Jesteś już gotowy / gotowa? 0
Nee, nog niet. N--- ----c-e nie. N___ j______ n___ N-e- j-s-c-e n-e- ----------------- Nie, jeszcze nie. 0
Maar ik ben zo klaar. Al--z-raz-b--ę-got--- / -o-owa. A__ z____ b___ g_____ / g______ A-e z-r-z b-d- g-t-w- / g-t-w-. ------------------------------- Ale zaraz będę gotowy / gotowa. 0
Wil je nog soep? C-c--ł--ś --Ch-iała----j----z---u--? C________ / C_________ j______ z____ C-c-a-b-ś / C-c-a-a-y- j-s-c-e z-p-? ------------------------------------ Chciałbyś / Chciałabyś jeszcze zupę? 0
Nee, ik wil er geen meer. N--, -ię----ju--n----h--. N___ w_____ j__ n__ c____ N-e- w-ę-e- j-ż n-e c-c-. ------------------------- Nie, więcej już nie chcę. 0
Maar nog wel een ijsje. Al--c-cę-je--c----o--. A__ c___ j______ l____ A-e c-c- j-s-c-e l-d-. ---------------------- Ale chcę jeszcze loda. 0
Woon je hier al lang? D-----już -u --es--as-? D____ j__ t_ m_________ D-u-o j-ż t- m-e-z-a-z- ----------------------- Długo już tu mieszkasz? 0
Nee, pas een maand. N-e, -opie-o -ie-iąc. N___ d______ m_______ N-e- d-p-e-o m-e-i-c- --------------------- Nie, dopiero miesiąc. 0
Maar ik ken al veel mensen. A-- znam-j-ż-w--l- -u-z-. A__ z___ j__ w____ l_____ A-e z-a- j-ż w-e-u l-d-i- ------------------------- Ale znam już wielu ludzi. 0
Ga je morgen naar huis? J-d-i--z jut-o-d- ---u? J_______ j____ d_ d____ J-d-i-s- j-t-o d- d-m-? ----------------------- Jedziesz jutro do domu? 0
Nee, pas in het weekend. Nie,-do---ro-w-we--end. N___ d______ w w_______ N-e- d-p-e-o w w-e-e-d- ----------------------- Nie, dopiero w weekend. 0
Maar ik kom zondag al terug. A-e -racam j-ż-w --e-zi-lę. A__ w_____ j__ w n_________ A-e w-a-a- j-ż w n-e-z-e-ę- --------------------------- Ale wracam już w niedzielę. 0
Is je dochter al volwassen? C-y-tw--a c---a---s------------a? C__ t____ c____ j___ j__ d_______ C-y t-o-a c-r-a j-s- j-ż d-r-s-a- --------------------------------- Czy twoja córka jest już dorosła? 0
Nee, ze is pas zeventien. N-e----a m--d-p-er-----de-naśc-e-la-. N___ o__ m_ d______ s___________ l___ N-e- o-a m- d-p-e-o s-e-e-n-ś-i- l-t- ------------------------------------- Nie, ona ma dopiero siedemnaście lat. 0
Maar ze heeft al een vriend. Al- ------ --ło---a. A__ m_ j__ c________ A-e m- j-ż c-ł-p-k-. -------------------- Ale ma już chłopaka. 0

Wat woorden ons vertellen

Wereldwijd zijn er miljoenen boeken Het is nog onbekend hoeveel boeken er tot vandaag de dag zijn geschreven. In deze boeken worden heel veel kennis opgeslagen. Als we ze allemaal konden lezen, wisten we veel over het leven. Omdat boeken ons laten zien hoe onze wereld aan het veranderen is. Ieder tijdperk heeft zijn eigen boeken. Daarin kunnen we zien wat voor de mensen belangrijk is. Helaas kan niemand alle boeken lezen. Maar de moderne technologie kan ons helpen om de boeken te onderzoeken. Door het digitaliseren kunnen boeken als data worden opgeslagen. Daarna kan men de inhoud analyseren. Taalkundigen zien dan of onze taal gaat veranderen. Nog interessanter is het om de frequentie van woorden te tellen. Daardoor kunnen ze het belang van bepaalde dingen herkennen. Wetenschappers hebben meer dan 5 miljoen boeken onderzocht. Dit waren boeken van de afgelopen vijf eeuwen. Er werden in totaal ongeveer 500 miljard woorden geanalyseerd. De frequentie van de woorden laat zien hoe mensen toen en nu leefden. In de taal weerspiegelen zich ideeën en trends. Het woord mannen heeft bijvoorbeeld zijn belang verloren. Tegenwoordig wordt het minder vaak gebruikt dan voorheen. De frequentie van het woord vrouwen is echter aanzienlijk toegenomen. Zelfs wat we graag eten kan in woorden gezien worden. In de jaren '50 was het woord roomijs van groot belang. Daarna werden de woorden pizza en pasta modieus. Sinds een aantal jaren domineert het begrip Sushi . Voor alle taalliefhebbers is er goed nieuws ... Onze taal krijgt er elk jaar meer woorden bij!