Woordenlijst
Zweeds – Bijvoeglijke naamwoorden oefenen

blauw
blauwe kerstballen

wit
het witte landschap

Sloveens
de Sloveense hoofdstad

arm
een arme man

drievoudig
de drievoudige mobiele chip

troebel
een troebel bier

roze
een roze kamerinrichting

bitter
bittere chocolade

ovaal
de ovale tafel

vers
verse oesters

nieuw
het nieuwe vuurwerk
