Woordenlijst

Leer bijwoorden – Engels (UK)

cms/adverbs-webp/102260216.webp
tomorrow
No one knows what will be tomorrow.
morgen
Niemand weet wat morgen zal zijn.
cms/adverbs-webp/96228114.webp
now
Should I call him now?
nu
Moet ik hem nu bellen?
cms/adverbs-webp/121564016.webp
long
I had to wait long in the waiting room.
lang
Ik moest lang in de wachtkamer wachten.
cms/adverbs-webp/154535502.webp
soon
A commercial building will be opened here soon.
binnenkort
Hier wordt binnenkort een commercieel gebouw geopend.
cms/adverbs-webp/38216306.webp
also
Her girlfriend is also drunk.
ook
Haar vriendin is ook dronken.
cms/adverbs-webp/176427272.webp
down
He falls down from above.
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.
cms/adverbs-webp/96549817.webp
away
He carries the prey away.
weg
Hij draagt de prooi weg.
cms/adverbs-webp/23025866.webp
all day
The mother has to work all day.
de hele dag
De moeder moet de hele dag werken.
cms/adverbs-webp/67795890.webp
into
They jump into the water.
in
Ze springen in het water.
cms/adverbs-webp/22328185.webp
a little
I want a little more.
een beetje
Ik wil een beetje meer.
cms/adverbs-webp/162590515.webp
enough
She wants to sleep and has had enough of the noise.
genoeg
Ze wil slapen en heeft genoeg van het lawaai.
cms/adverbs-webp/135007403.webp
in
Is he going in or out?
in
Gaat hij naar binnen of naar buiten?