Woordenlijst

Indonesisch – Bijwoordenoefening

cms/adverbs-webp/12727545.webp
beneden
Hij ligt beneden op de vloer.
cms/adverbs-webp/102260216.webp
morgen
Niemand weet wat morgen zal zijn.
cms/adverbs-webp/123249091.webp
samen
De twee spelen graag samen.
cms/adverbs-webp/10272391.webp
al
Hij slaapt al.
cms/adverbs-webp/76773039.webp
te veel
Het werk wordt me te veel.
cms/adverbs-webp/135007403.webp
in
Gaat hij naar binnen of naar buiten?
cms/adverbs-webp/96549817.webp
weg
Hij draagt de prooi weg.
cms/adverbs-webp/132510111.webp
‘s nachts
De maan schijnt ‘s nachts.
cms/adverbs-webp/38216306.webp
ook
Haar vriendin is ook dronken.
cms/adverbs-webp/57758983.webp
half
Het glas is half leeg.
cms/adverbs-webp/178653470.webp
buiten
We eten vandaag buiten.
cms/adverbs-webp/145004279.webp
nergens
Deze sporen leiden naar nergens.