Woordenlijst

Leer bijwoorden – Portugees (PT)

cms/adverbs-webp/29021965.webp
não
Eu não gosto do cacto.
niet
Ik hou niet van de cactus.
cms/adverbs-webp/134906261.webp
A casa já foi vendida.
al
Het huis is al verkocht.
cms/adverbs-webp/98507913.webp
todos
Aqui você pode ver todas as bandeiras do mundo.
alle
Hier kun je alle vlaggen van de wereld zien.
cms/adverbs-webp/10272391.webp
Ele já está dormindo.
al
Hij slaapt al.
cms/adverbs-webp/7659833.webp
gratuitamente
A energia solar é gratuita.
gratis
Zonne-energie is gratis.
cms/adverbs-webp/132510111.webp
à noite
A lua brilha à noite.
‘s nachts
De maan schijnt ‘s nachts.
cms/adverbs-webp/178600973.webp
algo
Vejo algo interessante!
iets
Ik zie iets interessants!
cms/adverbs-webp/141168910.webp
O objetivo está lá.
daar
Het doel is daar.
cms/adverbs-webp/54073755.webp
em cima
Ele sobe no telhado e senta-se em cima.
erop
Hij klimt op het dak en zit erop.
cms/adverbs-webp/135100113.webp
sempre
Aqui sempre existiu um lago.
altijd
Hier was altijd een meer.
cms/adverbs-webp/123249091.webp
juntos
Os dois gostam de brincar juntos.
samen
De twee spelen graag samen.
cms/adverbs-webp/178180190.webp
Vá lá, depois pergunte novamente.
daar
Ga daarheen, vraag dan opnieuw.