Woordenlijst

Leer werkwoorden – Catalaans

cms/verbs-webp/120452848.webp
conèixer
Ella coneix molts llibres quasi de memòria.
kennen
Ze kent veel boeken bijna uit haar hoofd.
cms/verbs-webp/111892658.webp
lliurar
Ell lliura pizzes a domicili.
bezorgen
Hij bezorgt pizza’s aan huis.
cms/verbs-webp/115847180.webp
ajudar
Tothom ajuda a muntar la tenda.
helpen
Iedereen helpt de tent opzetten.
cms/verbs-webp/67095816.webp
conviure
Els dos planejen conviure aviat.
samenwonen
De twee zijn van plan om binnenkort samen te gaan wonen.
cms/verbs-webp/123380041.webp
succeir
Li va succeir alguna cosa en l’accident laboral?
overkomen
Is hem iets overkomen tijdens het werkongeluk?
cms/verbs-webp/102397678.webp
publicar
La publicitat es publica sovint als diaris.
publiceren
Reclame wordt vaak in kranten gepubliceerd.
cms/verbs-webp/101383370.webp
sortir
A les noies els agrada sortir juntes.
uitgaan
De meisjes gaan graag samen uit.
cms/verbs-webp/102823465.webp
mostrar
Puc mostrar un visat al meu passaport.
tonen
Ik kan een visum in mijn paspoort tonen.
cms/verbs-webp/113671812.webp
compartir
Hem d’aprendre a compartir la nostra riquesa.
delen
We moeten leren onze rijkdom te delen.
cms/verbs-webp/99196480.webp
aparcar
Els cotxes estan aparcat al pàrquing subterrani.
parkeren
De auto’s staan in de ondergrondse garage geparkeerd.
cms/verbs-webp/110233879.webp
crear
Ell ha creat un model per la casa.
creëren
Hij heeft een model voor het huis gecreëerd.
cms/verbs-webp/96586059.webp
acomiadar
El cap l’ha acomiadat.
ontslaan
De baas heeft hem ontslagen.