Woordenlijst

Leer werkwoorden – Deens

cms/verbs-webp/119747108.webp
spise
Hvad vil vi spise i dag?
eten
Wat willen we vandaag eten?
cms/verbs-webp/85191995.webp
komme overens
Afslut jeres kamp og kom nu overens!
overweg kunnen
Stop met ruziën en kunnen jullie eindelijk met elkaar overweg!
cms/verbs-webp/120686188.webp
studere
Pigerne kan godt lide at studere sammen.
studeren
De meisjes studeren graag samen.
cms/verbs-webp/70055731.webp
afgå
Toget afgår.
vertrekken
De trein vertrekt.
cms/verbs-webp/89025699.webp
bære
Æslet bærer en tung byrde.
dragen
De ezel draagt een zware last.
cms/verbs-webp/51119750.webp
finde vej
Jeg kan finde vej godt i en labyrint.
de weg vinden
Ik kan goed de weg vinden in een labyrint.
cms/verbs-webp/84850955.webp
ændre
Meget har ændret sig på grund af klimaforandringer.
veranderen
Veel is veranderd door klimaatverandering.
cms/verbs-webp/120509602.webp
tilgive
Hun kan aldrig tilgive ham for det!
vergeven
Ze kan het hem nooit vergeven!
cms/verbs-webp/66787660.webp
male
Jeg vil male min lejlighed.
schilderen
Ik wil mijn appartement schilderen.
cms/verbs-webp/114272921.webp
drive
Cowboysene driver kvæget med heste.
drijven
De cowboys drijven het vee met paarden.
cms/verbs-webp/57574620.webp
levere
Vores datter leverer aviser i ferien.
bezorgen
Onze dochter bezorgt kranten tijdens de vakantie.
cms/verbs-webp/63244437.webp
dække
Hun dækker sit ansigt.
bedekken
Ze bedekt haar gezicht.