Woordenlijst

Leer werkwoorden – Deens

cms/verbs-webp/62175833.webp
opdage
Sømændene har opdaget et nyt land.
ontdekken
De zeelieden hebben een nieuw land ontdekt.
cms/verbs-webp/119302514.webp
ringe
Pigen ringer til sin ven.
bellen
Het meisje belt haar vriendin.
cms/verbs-webp/93221279.webp
brænde
Der brænder en ild i pejsen.
branden
Er brandt een vuur in de open haard.
cms/verbs-webp/89636007.webp
underskrive
Han underskrev kontrakten.
ondertekenen
Hij ondertekende het contract.
cms/verbs-webp/61826744.webp
skabe
Hvem skabte Jorden?
creëren
Wie heeft de aarde gecreëerd?
cms/verbs-webp/100466065.webp
udelade
Du kan udelade sukkeret i teen.
weglaten
Je kunt de suiker in de thee weglaten.
cms/verbs-webp/91930309.webp
importere
Vi importerer frugt fra mange lande.
importeren
We importeren fruit uit veel landen.
cms/verbs-webp/100965244.webp
kigge ned
Hun kigger ned i dalen.
naar beneden kijken
Ze kijkt naar beneden het dal in.
cms/verbs-webp/119335162.webp
bevæge
Det er sundt at bevæge sig meget.
bewegen
Het is gezond om veel te bewegen.
cms/verbs-webp/117490230.webp
bestille
Hun bestiller morgenmad til sig selv.
bestellen
Ze bestelt ontbijt voor zichzelf.
cms/verbs-webp/43100258.webp
møde
Nogle gange mødes de i trappen.
ontmoeten
Soms ontmoeten ze elkaar in het trappenhuis.
cms/verbs-webp/11497224.webp
svare
Eleven svarer på spørgsmålet.
antwoorden
De student beantwoordt de vraag.