Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (US)

cms/verbs-webp/115113805.webp
chat
They chat with each other.
kletsen
Ze kletsen met elkaar.
cms/verbs-webp/120193381.webp
marry
The couple has just gotten married.
trouwen
Het stel is net getrouwd.
cms/verbs-webp/85677113.webp
use
She uses cosmetic products daily.
gebruiken
Ze gebruikt dagelijks cosmetische producten.
cms/verbs-webp/129945570.webp
respond
She responded with a question.
antwoorden
Ze antwoordde met een vraag.
cms/verbs-webp/119847349.webp
hear
I can’t hear you!
horen
Ik kan je niet horen!
cms/verbs-webp/106622465.webp
sit down
She sits by the sea at sunset.
zitten
Ze zit bij de zee tijdens zonsondergang.
cms/verbs-webp/130938054.webp
cover
The child covers itself.
bedekken
Het kind bedekt zichzelf.
cms/verbs-webp/4553290.webp
enter
The ship is entering the harbor.
binnenkomen
Het schip komt de haven binnen.
cms/verbs-webp/81740345.webp
summarize
You need to summarize the key points from this text.
samenvatten
Je moet de belangrijkste punten uit deze tekst samenvatten.
cms/verbs-webp/120801514.webp
miss
I will miss you so much!
missen
Ik zal je zo erg missen!
cms/verbs-webp/123834435.webp
take back
The device is defective; the retailer has to take it back.
terugnemen
Het apparaat is defect; de winkelier moet het terugnemen.
cms/verbs-webp/77738043.webp
start
The soldiers are starting.
beginnen
De soldaten beginnen.