Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (UK)

cms/verbs-webp/103797145.webp
hire
The company wants to hire more people.
aannemen
Het bedrijf wil meer mensen aannemen.
cms/verbs-webp/108218979.webp
must
He must get off here.
moeten
Hij moet hier uitstappen.
cms/verbs-webp/108295710.webp
spell
The children are learning to spell.
spellen
De kinderen leren spellen.
cms/verbs-webp/119520659.webp
bring up
How many times do I have to bring up this argument?
ter sprake brengen
Hoe vaak moet ik dit argument ter sprake brengen?
cms/verbs-webp/99951744.webp
suspect
He suspects that it’s his girlfriend.
verdenken
Hij verdenkt dat het zijn vriendin is.
cms/verbs-webp/102631405.webp
forget
She doesn’t want to forget the past.
vergeten
Ze wil het verleden niet vergeten.
cms/verbs-webp/100011930.webp
tell
She tells her a secret.
vertellen
Ze vertelt haar een geheim.
cms/verbs-webp/3270640.webp
pursue
The cowboy pursues the horses.
achtervolgen
De cowboy achtervolgt de paarden.
cms/verbs-webp/107852800.webp
look
She looks through binoculars.
kijken
Ze kijkt door een verrekijker.
cms/verbs-webp/92456427.webp
buy
They want to buy a house.
kopen
Ze willen een huis kopen.
cms/verbs-webp/102304863.webp
kick
Be careful, the horse can kick!
schoppen
Pas op, het paard kan schoppen!
cms/verbs-webp/32796938.webp
send off
She wants to send the letter off now.
versturen
Ze wil de brief nu versturen.