Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (UK)

cms/verbs-webp/27564235.webp
work on
He has to work on all these files.
werken aan
Hij moet aan al deze bestanden werken.
cms/verbs-webp/111615154.webp
drive back
The mother drives the daughter back home.
terugrijden
De moeder rijdt met de dochter terug naar huis.
cms/verbs-webp/80356596.webp
say goodbye
The woman says goodbye.
afscheid nemen
De vrouw neemt afscheid.
cms/verbs-webp/96710497.webp
surpass
Whales surpass all animals in weight.
overtreffen
Walvissen overtreffen alle dieren in gewicht.
cms/verbs-webp/101709371.webp
produce
One can produce more cheaply with robots.
produceren
Men kan goedkoper produceren met robots.
cms/verbs-webp/61575526.webp
give way
Many old houses have to give way for the new ones.
wijken
Veel oude huizen moeten wijken voor de nieuwe.
cms/verbs-webp/96061755.webp
serve
The chef is serving us himself today.
bedienen
De chef bedient ons vandaag zelf.
cms/verbs-webp/102631405.webp
forget
She doesn’t want to forget the past.
vergeten
Ze wil het verleden niet vergeten.
cms/verbs-webp/122394605.webp
change
The car mechanic is changing the tires.
vervangen
De automonteur vervangt de banden.
cms/verbs-webp/34567067.webp
search for
The police are searching for the perpetrator.
zoeken naar
De politie zoekt naar de dader.
cms/verbs-webp/81025050.webp
fight
The athletes fight against each other.
vechten
De atleten vechten tegen elkaar.
cms/verbs-webp/106725666.webp
check
He checks who lives there.
controleren
Hij controleert wie daar woont.