Woordenlijst

Leer werkwoorden – Ests

cms/verbs-webp/123786066.webp
jooma
Ta joob teed.
drinken
Ze drinkt thee.
cms/verbs-webp/63351650.webp
tühistama
Lend on tühistatud.
annuleren
De vlucht is geannuleerd.
cms/verbs-webp/102327719.webp
magama
Beebi magab.
slapen
De baby slaapt.
cms/verbs-webp/95056918.webp
juhtima
Ta juhib tüdrukut käest.
leiden
Hij leidt het meisje bij de hand.
cms/verbs-webp/66441956.webp
kirja panema
Peate parooli üles kirjutama!
opschrijven
Je moet het wachtwoord opschrijven!
cms/verbs-webp/120282615.webp
investeerima
Millesse peaksime oma raha investeerima?
investeren
Waar moeten we ons geld in investeren?
cms/verbs-webp/46602585.webp
transportima
Me transpordime jalgrattaid auto katuse peal.
vervoeren
We vervoeren de fietsen op het dak van de auto.
cms/verbs-webp/86196611.webp
üle sõitma
Kahjuks sõidetakse autodega endiselt palju loomi üle.
overrijden
Helaas worden er nog veel dieren overreden door auto’s.
cms/verbs-webp/100434930.webp
lõppema
Marsruut lõpeb siin.
eindigen
De route eindigt hier.
cms/verbs-webp/95470808.webp
sisse tulema
Tule sisse!
binnenkomen
Kom binnen!
cms/verbs-webp/77581051.webp
pakkuma
Mida sa mulle oma kala eest pakud?
aanbieden
Wat bied je me aan voor mijn vis?
cms/verbs-webp/89635850.webp
valima
Ta võttis telefoni ja valis numbri.
draaien
Ze pakte de telefoon en draaide het nummer.