Woordenlijst
Amharisch – Werkwoorden oefenen

snijden
Voor de salade moet je de komkommer snijden.

kopen
Ze willen een huis kopen.

schoonmaken
De werker maakt het raam schoon.

stemmen
De kiezers stemmen vandaag over hun toekomst.

verrassen
Ze verraste haar ouders met een cadeau.

schilderen
Ik wil mijn appartement schilderen.

volgen
De kuikens volgen altijd hun moeder.

liggen
Ze waren moe en gingen liggen.

binnenkomen
De metro is net het station binnengekomen.

importeren
We importeren fruit uit veel landen.

proeven
De chef-kok proeft de soep.
