Woordenlijst
Bulgaars – Werkwoorden oefenen

leiden
Hij leidt het meisje bij de hand.

nemen
Ze moet veel medicatie nemen.

benadrukken
Je kunt je ogen goed benadrukken met make-up.

creëren
Hij heeft een model voor het huis gecreëerd.

beginnen met rennen
De atleet staat op het punt om te beginnen met rennen.

proeven
De chef-kok proeft de soep.

opschrijven
Ze wil haar zakelijk idee opschrijven.

duidelijk zien
Ik kan alles duidelijk zien door mijn nieuwe bril.

achterlopen
De klok loopt een paar minuten achter.

genoeg zijn
Een salade is voor mij genoeg voor de lunch.

vervoeren
We vervoeren de fietsen op het dak van de auto.
