Woordenlijst
Duits – Werkwoorden oefenen

sparen
Het meisje spaart haar zakgeld.

opschrijven
Je moet het wachtwoord opschrijven!

publiceren
De uitgever heeft veel boeken gepubliceerd.

doorbrengen
Ze brengt al haar vrije tijd buiten door.

overwinnen
De atleten overwinnen de waterval.

besparen
Je bespaart geld als je de kamertemperatuur verlaagt.

ontwikkelen
Ze ontwikkelen een nieuwe strategie.

onaangeroerd laten
De natuur werd onaangeroerd gelaten.

vertegenwoordigen
Advocaten vertegenwoordigen hun cliënten in de rechtbank.

zoeken naar
De politie zoekt naar de dader.

rijden
Ze rijden zo snel als ze kunnen.
