Woordenlijst

Grieks – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/113253386.webp
lukken
Deze keer is het niet gelukt.
cms/verbs-webp/86996301.webp
opkomen voor
De twee vrienden willen altijd voor elkaar opkomen.
cms/verbs-webp/107852800.webp
kijken
Ze kijkt door een verrekijker.
cms/verbs-webp/66441956.webp
opschrijven
Je moet het wachtwoord opschrijven!
cms/verbs-webp/102853224.webp
samenbrengen
De taalcursus brengt studenten van over de hele wereld samen.
cms/verbs-webp/50772718.webp
annuleren
Het contract is geannuleerd.
cms/verbs-webp/35137215.webp
slaan
Ouders zouden hun kinderen niet moeten slaan.
cms/verbs-webp/119235815.webp
houden van
Ze houdt echt veel van haar paard.
cms/verbs-webp/84472893.webp
rijden
Kinderen rijden graag op fietsen of steps.
cms/verbs-webp/120686188.webp
studeren
De meisjes studeren graag samen.
cms/verbs-webp/68212972.webp
opmerken
Wie iets weet, mag in de klas opmerken.
cms/verbs-webp/71612101.webp
binnenkomen
De metro is net het station binnengekomen.