Woordenlijst
Engels (UK) – Werkwoorden oefenen

durven
Ik durf niet in het water te springen.

vergeten
Ze is nu zijn naam vergeten.

verkiezen
Veel kinderen verkiezen snoep boven gezonde dingen.

luisteren
Hij luistert graag naar de buik van zijn zwangere vrouw.

drukken
Hij drukt op de knop.

ter beschikking hebben
Kinderen hebben alleen zakgeld ter beschikking.

vernieuwen
De schilder wil de muurkleur vernieuwen.

ondernemen
Ik heb veel reizen ondernomen.

leiden
De meest ervaren wandelaar leidt altijd.

rondkomen
Ze moet rondkomen met weinig geld.

veranderen
Het licht veranderde in groen.
