Woordenlijst
Esperanto – Werkwoorden oefenen

serveren
De ober serveert het eten.

bedekken
Het kind bedekt zichzelf.

investeren
Waar moeten we ons geld in investeren?

bedekken
Het kind bedekt zijn oren.

tentoonstellen
Hier wordt moderne kunst tentoongesteld.

veroorzaken
Alcohol kan hoofdpijn veroorzaken.

melden
Iedereen aan boord meldt zich bij de kapitein.

uitknijpen
Ze knijpt de citroen uit.

rennen
De atleet rent.

dansen
Ze dansen verliefd een tango.

belasten
Bedrijven worden op verschillende manieren belast.
