Woordenlijst

Japans – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/74693823.webp
nodig hebben
Je hebt een krik nodig om een band te verwisselen.
cms/verbs-webp/130770778.webp
reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.
cms/verbs-webp/122398994.webp
doden
Pas op, je kunt iemand doden met die bijl!
cms/verbs-webp/30793025.webp
pronken
Hij pronkt graag met zijn geld.
cms/verbs-webp/99769691.webp
voorbijgaan
De trein gaat aan ons voorbij.
cms/verbs-webp/61280800.webp
beheersen
Ik kan niet te veel geld uitgeven; ik moet me beheersen.
cms/verbs-webp/113316795.webp
inloggen
Je moet inloggen met je wachtwoord.
cms/verbs-webp/68212972.webp
opmerken
Wie iets weet, mag in de klas opmerken.
cms/verbs-webp/90773403.webp
volgen
Mijn hond volgt me als ik jog.
cms/verbs-webp/123179881.webp
oefenen
Hij oefent elke dag met zijn skateboard.
cms/verbs-webp/98060831.webp
uitgeven
De uitgever geeft deze tijdschriften uit.
cms/verbs-webp/109434478.webp
openen
Het festival werd geopend met vuurwerk.