Woordenlijst
Kazachs – Werkwoorden oefenen

besmet raken
Ze raakte besmet met een virus.

voorbijgaan
De tijd gaat soms langzaam voorbij.

meerijden
Mag ik met je meerijden?

initiëren
Ze zullen hun scheiding initiëren.

werken aan
Hij moet aan al deze bestanden werken.

annuleren
Het contract is geannuleerd.

zwemmen
Ze zwemt regelmatig.

uitleggen
Opa legt de wereld uit aan zijn kleinzoon.

ontvangen
Ze ontving een heel mooi cadeau.

opstaan
Ze kan niet meer zelfstandig opstaan.

openen
Het festival werd geopend met vuurwerk.
