Woordenlijst
Kannada – Werkwoorden oefenen

beschermen
Kinderen moeten beschermd worden.

opletten
Men moet opletten voor de verkeerstekens.

wonen
Ze wonen in een gedeeld appartement.

bereiden
Er wordt een heerlijk ontbijt bereid!

sorteren
Ik heb nog veel papieren te sorteren.

voltooien
Kun je de puzzel voltooien?

worden dronken
Hij wordt bijna elke avond dronken.

overweg kunnen
Stop met ruziën en kunnen jullie eindelijk met elkaar overweg!

verwachten
Mijn zus verwacht een kind.

verkiezen
Onze dochter leest geen boeken; ze verkiest haar telefoon.

begeleiden
De hond begeleidt hen.
