Woordenlijst
Koerdisch (Kurmanji) – Werkwoorden oefenen

serveren
De ober serveert het eten.

tentoonstellen
Hier wordt moderne kunst tentoongesteld.

trouwen
Het stel is net getrouwd.

reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.

gebruiken
We gebruiken gasmaskers in het vuur.

schoppen
Ze schoppen graag, maar alleen bij tafelvoetbal.

gemakkelijk gaan
Surfen gaat hem gemakkelijk af.

vervoeren
We vervoeren de fietsen op het dak van de auto.

houden van
Ze houdt echt veel van haar paard.

terugnemen
Het apparaat is defect; de winkelier moet het terugnemen.

durven
Ik durf niet in het water te springen.
