Woordenlijst
Litouws – Werkwoorden oefenen

overlaten
De eigenaren laten hun honden aan mij over voor een wandeling.

beschrijven
Hoe kun je kleuren beschrijven?

vermijden
Hij moet noten vermijden.

weglopen
Onze kat is weggelopen.

uitoefenen
Ze oefent een ongewoon beroep uit.

ondertekenen
Hij ondertekende het contract.

eens zijn
De buren konden het niet eens worden over de kleur.

parkeren
De auto’s staan in de ondergrondse garage geparkeerd.

uitzetten
Ze zet de elektriciteit uit.

op handen zijn
Een ramp is op handen.

recht hebben op
Ouderen hebben recht op een pensioen.
