Woordenlijst

Marathi – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/78973375.webp
ziektebriefje halen
Hij moet een ziektebriefje halen bij de dokter.
cms/verbs-webp/4706191.webp
oefenen
De vrouw beoefent yoga.
cms/verbs-webp/41918279.webp
weglopen
Onze zoon wilde van huis weglopen.
cms/verbs-webp/78309507.webp
uitknippen
De vormen moeten worden uitgeknipt.
cms/verbs-webp/96628863.webp
sparen
Het meisje spaart haar zakgeld.
cms/verbs-webp/120254624.webp
leiden
Hij leidt graag een team.
cms/verbs-webp/100011930.webp
vertellen
Ze vertelt haar een geheim.
cms/verbs-webp/4553290.webp
binnenkomen
Het schip komt de haven binnen.
cms/verbs-webp/105504873.webp
willen verlaten
Ze wil haar hotel verlaten.
cms/verbs-webp/115224969.webp
vergeven
Ik vergeef hem zijn schulden.
cms/verbs-webp/118759500.webp
oogsten
We hebben veel wijn geoogst.
cms/verbs-webp/113415844.webp
verlaten
Veel Engelsen wilden de EU verlaten.