Woordenlijst
Punjabi – Werkwoorden oefenen

weggeven
Ze geeft haar hart weg.

bedekken
De waterlelies bedekken het water.

achterna rennen
De moeder rent achter haar zoon aan.

sturen
Ik stuur je een brief.

investeren
Waar moeten we ons geld in investeren?

kwaadspreken
De klasgenoten spreken kwaad over haar.

schoppen
Pas op, het paard kan schoppen!

rijden
Kinderen rijden graag op fietsen of steps.

accepteren
Ik kan dat niet veranderen, ik moet het accepteren.

veroorzaken
Alcohol kan hoofdpijn veroorzaken.

binnenkomen
Kom binnen!
