Woordenlijst
Portugees (PT) – Werkwoorden oefenen

ontmoeten
De vrienden ontmoetten elkaar voor een gezamenlijk diner.

onderzoeken
Bloedmonsters worden in dit lab onderzocht.

controleren
Hij controleert wie daar woont.

activeren
De rook activeerde het alarm.

beperken
Moet handel worden beperkt?

wegrennen
Iedereen rende weg van het vuur.

eisen
Hij eiste compensatie van de persoon waarmee hij een ongeluk had.

overnemen
De sprinkhanen hebben de overhand genomen.

bevatten
Vis, kaas en melk bevatten veel eiwitten.

uitspreken
Ze wil zich uitspreken tegen haar vriend.

sorteren
Hij sorteert graag zijn postzegels.
