Woordenlijst
Portugees (BR) – Werkwoorden oefenen
![cms/verbs-webp/32685682.webp](https://www.50languages.com/storage/cms/verbs-webp/32685682.webp)
bewust zijn van
Het kind is zich bewust van de ruzie van zijn ouders.
![cms/verbs-webp/67095816.webp](https://www.50languages.com/storage/cms/verbs-webp/67095816.webp)
samenwonen
De twee zijn van plan om binnenkort samen te gaan wonen.
![cms/verbs-webp/107852800.webp](https://www.50languages.com/storage/cms/verbs-webp/107852800.webp)
kijken
Ze kijkt door een verrekijker.
![cms/verbs-webp/106851532.webp](https://www.50languages.com/storage/cms/verbs-webp/106851532.webp)
elkaar aankijken
Ze keken elkaar lang aan.
![cms/verbs-webp/117953809.webp](https://www.50languages.com/storage/cms/verbs-webp/117953809.webp)
verdragen
Ze kan het zingen niet verdragen.
![cms/verbs-webp/121112097.webp](https://www.50languages.com/storage/cms/verbs-webp/121112097.webp)
schilderen
Ik heb een mooi schilderij voor je geschilderd!
![cms/verbs-webp/118011740.webp](https://www.50languages.com/storage/cms/verbs-webp/118011740.webp)
bouwen
De kinderen bouwen een hoge toren.
![cms/verbs-webp/101742573.webp](https://www.50languages.com/storage/cms/verbs-webp/101742573.webp)
schilderen
Ze heeft haar handen geschilderd.
![cms/verbs-webp/99725221.webp](https://www.50languages.com/storage/cms/verbs-webp/99725221.webp)
liegen
Soms moet men liegen in een noodsituatie.
![cms/verbs-webp/34725682.webp](https://www.50languages.com/storage/cms/verbs-webp/34725682.webp)
voorstellen
De vrouw stelt iets voor aan haar vriendin.
![cms/verbs-webp/36190839.webp](https://www.50languages.com/storage/cms/verbs-webp/36190839.webp)
bestrijden
De brandweer bestrijdt het vuur vanuit de lucht.
![cms/verbs-webp/122479015.webp](https://www.50languages.com/storage/cms/verbs-webp/122479015.webp)