Woordenlijst
Roemeens – Werkwoorden oefenen

bezoeken
Een oude vriend bezoekt haar.

drijven
De cowboys drijven het vee met paarden.

luisteren
Ze luistert en hoort een geluid.

rennen
De atleet rent.

de weg vinden
Ik kan goed de weg vinden in een labyrint.

overweg kunnen
Stop met ruziën en kunnen jullie eindelijk met elkaar overweg!

verdragen
Ze kan de pijn nauwelijks verdragen!

verwijderen
Hoe kan men een rode wijnvlek verwijderen?

controleren
De tandarts controleert de tanden.

gooien
Hij gooit de bal in de mand.

leiden
De meest ervaren wandelaar leidt altijd.
