Woordenlijst

появляться

В воде внезапно появилась огромная рыба.

poyavlyat‘sya

V vode vnezapno poyavilas‘ ogromnaya ryba.

verschijnen

Er verscheen plotseling een grote vis in het water.

назначать

Дата назначается.

naznachat‘

Data naznachayetsya.

vaststellen

De datum wordt vastgesteld.

отправлять

Эта компания отправляет товары по всему миру.

otpravlyat‘

Eta kompaniya otpravlyayet tovary po vsemu miru.

sturen

Dit bedrijf stuurt goederen over de hele wereld.

добавить

Она добавляет немного молока в кофе.

dobavit‘

Ona dobavlyayet nemnogo moloka v kofe.

toevoegen

Ze voegt wat melk toe aan de koffie.

ослепнуть

Человек с значками ослеп.

oslepnut‘

Chelovek s znachkami oslep.

blind worden

De man met de badges is blind geworden.

висеть

Оба висят на ветке.

viset‘

Oba visyat na vetke.

hangen

Ze hangen beide aan een tak.

познакомиться

Странные собаки хотят познакомиться друг с другом.

poznakomit‘sya

Strannyye sobaki khotyat poznakomit‘sya drug s drugom.

leren kennen

Vreemde honden willen elkaar leren kennen.

оставлять открытым

Тот, кто оставляет окна открытыми, приглашает воров!

ostavlyat‘ otkrytym

Tot, kto ostavlyayet okna otkrytymi, priglashayet vorov!

open laten

Wie de ramen open laat, nodigt inbrekers uit!

парковаться

Велосипеды припаркованы перед домом.

parkovat‘sya

Velosipedy priparkovany pered domom.

parkeren

De fietsen staan voor het huis geparkeerd.

болтать

Они болтают друг с другом.

boltat‘

Oni boltayut drug s drugom.

kletsen

Ze kletsen met elkaar.

спрашивать

Он просит у нее прощения.

sprashivat‘

On prosit u neye proshcheniya.

vragen

Hij vraagt haar om vergeving.

делить

Они делят домашние дела между собой.

delit‘

Oni delyat domashniye dela mezhdu soboy.

verdelen

Ze verdelen het huishoudelijk werk onder elkaar.