Woordenlijst

Slovaaks – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/75508285.webp
verheugen
Kinderen verheugen zich altijd op sneeuw.
cms/verbs-webp/93697965.webp
rondrijden
De auto’s rijden in een cirkel rond.
cms/verbs-webp/102397678.webp
publiceren
Reclame wordt vaak in kranten gepubliceerd.
cms/verbs-webp/105934977.webp
genereren
We genereren elektriciteit met wind en zonlicht.
cms/verbs-webp/120128475.webp
denken
Ze moet altijd aan hem denken.
cms/verbs-webp/120282615.webp
investeren
Waar moeten we ons geld in investeren?
cms/verbs-webp/33564476.webp
bezorgen
De pizzabezorger bezorgt de pizza.
cms/verbs-webp/33463741.webp
openen
Kun je dit blikje voor me openen?
cms/verbs-webp/120870752.webp
trekken
Hoe gaat hij die grote vis eruit trekken?
cms/verbs-webp/111160283.webp
voorstellen
Ze stelt zich elke dag iets nieuws voor.
cms/verbs-webp/114091499.webp
trainen
De hond wordt door haar getraind.
cms/verbs-webp/90643537.webp
zingen
De kinderen zingen een lied.