Woordenlijst
Albanees – Werkwoorden oefenen

beginnen met rennen
De atleet staat op het punt om te beginnen met rennen.

vergelijken
Ze vergelijken hun cijfers.

belonen
Hij werd beloond met een medaille.

genieten
Ze geniet van het leven.

missen
Ze heeft een belangrijke afspraak gemist.

onderschrijven
We onderschrijven graag uw idee.

veranderen
Het licht veranderde in groen.

voeden
De kinderen voeden het paard.

wegjagen
De ene zwaan jaagt de andere weg.

leiden
De meest ervaren wandelaar leidt altijd.

omarmen
De moeder omarmt de kleine voetjes van de baby.
