Woordenlijst
Albanees – Werkwoorden oefenen

besparen
Je kunt geld besparen op verwarming.

sprakeloos maken
De verrassing maakt haar sprakeloos.

besparen
Je bespaart geld als je de kamertemperatuur verlaagt.

verwijderen
De graafmachine verwijdert de grond.

schoppen
In vechtsporten moet je goed kunnen schoppen.

betalen
Ze betaalde met een creditcard.

verdenken
Hij verdenkt dat het zijn vriendin is.

bezorgen
De pizzabezorger bezorgt de pizza.

eindigen
De route eindigt hier.

meedenken
Je moet meedenken bij kaartspellen.

werken aan
Hij moet aan al deze bestanden werken.
