Woordenlijst
Urdu – Werkwoorden oefenen

leiden
Hij leidt graag een team.

trouwen
Het stel is net getrouwd.

missen
De man heeft zijn trein gemist.

schilderen
De auto wordt blauw geschilderd.

uitgeven
De uitgever geeft deze tijdschriften uit.

zorgen voor
Onze zoon zorgt heel goed voor zijn nieuwe auto.

reizen
We reizen graag door Europa.

schoppen
Pas op, het paard kan schoppen!

werken aan
Hij moet aan al deze bestanden werken.

ontbijten
We ontbijten het liefst op bed.

wandelen
Hij wandelt graag in het bos.
