Woordenlijst
Chinees (vereenvoudigd) – Werkwoorden oefenen

bekritiseren
De baas bekritiseert de werknemer.

uitverkopen
De koopwaar wordt uitverkocht.

drinken
Ze drinkt thee.

versturen
Ze wil de brief nu versturen.

verliezen
Wacht, je hebt je portemonnee verloren!

spellen
De kinderen leren spellen.

uitgaan
De kinderen willen eindelijk naar buiten.

teruggaan
Hij kan niet alleen teruggaan.

aanbieden
Wat bied je me aan voor mijn vis?

beperken
Tijdens een dieet moet je je voedselinname beperken.

studeren
Er studeren veel vrouwen aan mijn universiteit.
