Woordenlijst
Chinees (vereenvoudigd) – Werkwoorden oefenen

deelnemen
Hij neemt deel aan de race.

oefenen
De vrouw beoefent yoga.

aankomen
Het vliegtuig is op tijd aangekomen.

denken
Wie denk je dat sterker is?

zwemmen
Ze zwemt regelmatig.

boos worden
Ze wordt boos omdat hij altijd snurkt.

onaangeroerd laten
De natuur werd onaangeroerd gelaten.

schoonmaken
De werker maakt het raam schoon.

veroorzaken
Te veel mensen veroorzaken snel chaos.

uitgeven
De uitgever geeft deze tijdschriften uit.

bedekken
Het kind bedekt zichzelf.
