Woordenlijst

Leer werkwoorden – Hausa

cms/verbs-webp/34725682.webp
shawarci
Matar ta shawarci abokin ta abu.
voorstellen
De vrouw stelt iets voor aan haar vriendin.
cms/verbs-webp/116610655.webp
gina
Lokacin da Gidan Tsohuwar Sifin Chana an gina shi yana yau de?
bouwen
Wanneer werd de Chinese Muur gebouwd?
cms/verbs-webp/68561700.webp
bar buɗe
Wanda yake barin tagogi ya kira masu satar!
open laten
Wie de ramen open laat, nodigt inbrekers uit!
cms/verbs-webp/77581051.webp
ba
Me kake bani domin kifina?
aanbieden
Wat bied je me aan voor mijn vis?
cms/verbs-webp/105681554.webp
haifar
Suka zai haifar da cututtuka da yawa.
veroorzaken
Suiker veroorzaakt veel ziekten.
cms/verbs-webp/119501073.webp
kwance gabas
Anan gida ne - ya kwance kusa da gabas!
tegenover liggen
Daar is het kasteel - het ligt er recht tegenover!
cms/verbs-webp/132305688.webp
raba
A ba zama a rabu da nauyin.
verspillen
Energie mag niet verspild worden.
cms/verbs-webp/116519780.webp
gudu
Ta gudu da sabon takalma.
naar buiten rennen
Ze rent met de nieuwe schoenen naar buiten.
cms/verbs-webp/96586059.webp
kore
Oga ya kore shi.
ontslaan
De baas heeft hem ontslagen.
cms/verbs-webp/15353268.webp
mika
Ta mika lemon.
uitknijpen
Ze knijpt de citroen uit.
cms/verbs-webp/130288167.webp
goge
Ta goge daki.
schoonmaken
Ze maakt de keuken schoon.
cms/verbs-webp/128782889.webp
mamaki
Ta mamaki lokacin da ta sami labarin.
verbazen
Ze was verbaasd toen ze het nieuws ontving.