Woordenlijst

Leer werkwoorden – Hausa

cms/verbs-webp/124458146.webp
barwa
Ma‘aikata suka bar kyanwarsu da ni don tafiya.
overlaten
De eigenaren laten hun honden aan mij over voor een wandeling.
cms/verbs-webp/118868318.webp
so
Ta fi so cokali fiye da takalma.
houden van
Ze houdt meer van chocolade dan van groenten.
cms/verbs-webp/104167534.webp
da
Ina da motar kwalliya mai launi.
bezitten
Ik bezit een rode sportwagen.
cms/verbs-webp/99392849.webp
cire
Yaya za a cire launin wainan zafi?
verwijderen
Hoe kan men een rode wijnvlek verwijderen?
cms/verbs-webp/92612369.webp
ajiye
Kayayyakin suka ajiye gabas da gidan.
parkeren
De fietsen staan voor het huis geparkeerd.
cms/verbs-webp/125116470.webp
aminta da
Mu duka muna aminta da junansu.
vertrouwen
We vertrouwen elkaar allemaal.
cms/verbs-webp/57248153.webp
gaya
Maigida ya gaya cewa zai sa shi fita.
vermelden
De baas vermeldde dat hij hem zal ontslaan.
cms/verbs-webp/96628863.webp
adana
Yarinyar ta adana kuɗinta.
sparen
Het meisje spaart haar zakgeld.
cms/verbs-webp/81986237.webp
hada
Ta hada fari da ruwa.
mengen
Ze mengt een vruchtensap.
cms/verbs-webp/115224969.webp
yafe
Na yafe masa bayansa.
vergeven
Ik vergeef hem zijn schulden.
cms/verbs-webp/119520659.webp
ambata
Nawa nake son in ambata wannan maganar?
ter sprake brengen
Hoe vaak moet ik dit argument ter sprake brengen?
cms/verbs-webp/90539620.webp
wuce
Lokaci a lokacin yana wuce da hankali.
voorbijgaan
De tijd gaat soms langzaam voorbij.