Woordenlijst

Leer werkwoorden – Hausa

cms/verbs-webp/114993311.webp
gani
Zaka iya ganin fiye da madogara.
zien
Je kunt beter zien met een bril.
cms/verbs-webp/116519780.webp
gudu
Ta gudu da sabon takalma.
naar buiten rennen
Ze rent met de nieuwe schoenen naar buiten.
cms/verbs-webp/119379907.webp
yi tunani
Ya kamata ka yi tunani ina ne!
raden
Je moet raden wie ik ben!
cms/verbs-webp/127720613.webp
manta
Yana manta da budurwarsa sosai.
missen
Hij mist zijn vriendin erg.
cms/verbs-webp/92384853.webp
dace
Hanyar ba ta dace wa masu tafiya da jakarta ba.
geschikt zijn
Het pad is niet geschikt voor fietsers.
cms/verbs-webp/47062117.webp
tafi da
Ya kamata ta tafi da kuɗin kadan.
rondkomen
Ze moet rondkomen met weinig geld.
cms/verbs-webp/71883595.webp
watsa masa kai
Yaron ya watsa kai ga maganar mahaifiyarsa.
negeren
Het kind negeert de woorden van zijn moeder.
cms/verbs-webp/102169451.webp
fuskanci
Ya kamata a fuskanci matsaloli.
omgaan
Men moet met problemen omgaan.
cms/verbs-webp/9435922.webp
kusa
Kullun suna zuwa kusa da juna.
dichterbij komen
De slakken komen dichter bij elkaar.
cms/verbs-webp/45022787.webp
kashe
Zan kashe ɗanyen!
doden
Ik zal de vlieg doden!
cms/verbs-webp/122079435.webp
kara
Kamfanin ya kara ribar sa.
verhogen
Het bedrijf heeft zijn omzet verhoogd.
cms/verbs-webp/111615154.webp
kai gida
Uwar ta kai ‘yar gida.
terugrijden
De moeder rijdt met de dochter terug naar huis.