Woordenlijst

Leer werkwoorden – Italiaans

cms/verbs-webp/123298240.webp
incontrare
Gli amici si sono incontrati per una cena condivisa.
ontmoeten
De vrienden ontmoetten elkaar voor een gezamenlijk diner.
cms/verbs-webp/89869215.webp
calciare
A loro piace calciare, ma solo nel calcetto.
schoppen
Ze schoppen graag, maar alleen bij tafelvoetbal.
cms/verbs-webp/17624512.webp
abituarsi
I bambini devono abituarsi a lavarsi i denti.
wennen aan
Kinderen moeten wennen aan het tandenpoetsen.
cms/verbs-webp/108350963.webp
arricchire
Le spezie arricchiscono il nostro cibo.
verrijken
Specerijen verrijken ons eten.
cms/verbs-webp/20225657.webp
esigere
Mio nipote mi esige molto.
vragen
Mijn kleinkind vraagt veel van mij.
cms/verbs-webp/110045269.webp
completare
Lui completa il suo percorso di jogging ogni giorno.
voltooien
Hij voltooit elke dag zijn jogroute.
cms/verbs-webp/109766229.webp
sentire
Lui si sente spesso solo.
voelen
Hij voelt zich vaak alleen.
cms/verbs-webp/130938054.webp
coprire
Il bambino si copre.
bedekken
Het kind bedekt zichzelf.
cms/verbs-webp/129244598.webp
limitare
Durante una dieta, bisogna limitare l’assunzione di cibo.
beperken
Tijdens een dieet moet je je voedselinname beperken.
cms/verbs-webp/90539620.webp
passare
A volte il tempo passa lentamente.
voorbijgaan
De tijd gaat soms langzaam voorbij.
cms/verbs-webp/70055731.webp
partire
Il treno parte.
vertrekken
De trein vertrekt.
cms/verbs-webp/53284806.webp
pensare fuori dagli schemi
Per avere successo, a volte devi pensare fuori dagli schemi.
out-of-the-box denken
Om succesvol te zijn, moet je soms out-of-the-box denken.