Woordenlijst

Leer werkwoorden – Litouws

cms/verbs-webp/122153910.webp
padalinti
Jie tarpusavyje padalija namų darbus.
verdelen
Ze verdelen het huishoudelijk werk onder elkaar.
cms/verbs-webp/91696604.webp
leisti
Depresijos neturėtų leisti.
toestaan
Men mag depressie niet toestaan.
cms/verbs-webp/58883525.webp
įeiti
Prašau įeik!
binnenkomen
Kom binnen!
cms/verbs-webp/95938550.webp
pasiimti
Mes pasiėmėme Kalėdų eglutę.
meenemen
We hebben een kerstboom meegenomen.
cms/verbs-webp/98060831.webp
išleisti
Leidykla išleidžia šiuos žurnalus.
uitgeven
De uitgever geeft deze tijdschriften uit.
cms/verbs-webp/47225563.webp
mąstyti kartu
Kortų žaidimuose reikia mąstyti kartu.
meedenken
Je moet meedenken bij kaartspellen.
cms/verbs-webp/40946954.webp
rūšiuoti
Jam patinka rūšiuoti savo antspaudus.
sorteren
Hij sorteert graag zijn postzegels.
cms/verbs-webp/121112097.webp
dažyti
Aš nudažiau tau gražią paveikslėlį!
schilderen
Ik heb een mooi schilderij voor je geschilderd!
cms/verbs-webp/108580022.webp
grįžti
Tėvas grįžo iš karo.
terugkeren
De vader is teruggekeerd uit de oorlog.
cms/verbs-webp/90643537.webp
dainuoti
Vaikai dainuoja dainą.
zingen
De kinderen zingen een lied.
cms/verbs-webp/120870752.webp
ištraukti
Kaip jis ketina ištraukti tą didelę žuvį?
trekken
Hoe gaat hij die grote vis eruit trekken?
cms/verbs-webp/115172580.webp
įrodyti
Jis nori įrodyti matematinę formulę.
bewijzen
Hij wil een wiskundige formule bewijzen.