Woordenlijst

Leer werkwoorden – Maleis

cms/verbs-webp/28581084.webp
tergantung
Ais batu tergantung dari bumbung.
hangen
IJsspegels hangen van het dak.
cms/verbs-webp/94153645.webp
menangis
Budak itu menangis dalam tab mandi.
huilen
Het kind huilt in het bad.
cms/verbs-webp/11579442.webp
melempar
Mereka melempar bola antara satu sama lain.
gooien naar
Ze gooien de bal naar elkaar.
cms/verbs-webp/95543026.webp
menyertai
Dia sedang menyertai perlumbaan.
deelnemen
Hij neemt deel aan de race.
cms/verbs-webp/111021565.webp
jijik
Dia jijik dengan labah-labah.
walgen van
Ze walgde van spinnen.
cms/verbs-webp/80356596.webp
berpamitan
Wanita itu berpamitan.
afscheid nemen
De vrouw neemt afscheid.
cms/verbs-webp/104818122.webp
membaiki
Dia mahu membaiki kabel.
repareren
Hij wilde de kabel repareren.
cms/verbs-webp/91442777.webp
menginjak
Saya tidak boleh menginjak tanah dengan kaki ini.
stappen op
Ik kan met deze voet niet op de grond stappen.
cms/verbs-webp/63935931.webp
memusing
Dia memusing daging itu.
draaien
Ze draait het vlees.
cms/verbs-webp/113885861.webp
dijangkiti
Dia dijangkiti oleh virus.
besmet raken
Ze raakte besmet met een virus.
cms/verbs-webp/119404727.webp
lakukan
Anda sepatutnya lakukan itu sejam yang lalu!
doen
Dat had je een uur geleden moeten doen!
cms/verbs-webp/95625133.webp
cintakan
Dia sangat menyintai kucingnya.
houden van
Ze houdt heel veel van haar kat.