Woordenlijst

Leer werkwoorden – Noors

cms/verbs-webp/111750432.webp
henge
Begge henger på en gren.
hangen
Ze hangen beide aan een tak.
cms/verbs-webp/101890902.webp
produsere
Vi produserer vår egen honning.
produceren
We produceren onze eigen honing.
cms/verbs-webp/102168061.webp
protestere
Folk protesterer mot urettferdighet.
protesteren
Mensen protesteren tegen onrecht.
cms/verbs-webp/100434930.webp
ende
Ruten ender her.
eindigen
De route eindigt hier.
cms/verbs-webp/120254624.webp
lede
Han liker å lede et team.
leiden
Hij leidt graag een team.
cms/verbs-webp/128159501.webp
blande
Ulike ingredienser må blandes.
mengen
Verschillende ingrediënten moeten worden gemengd.
cms/verbs-webp/101158501.webp
takke
Han takket henne med blomster.
bedanken
Hij bedankte haar met bloemen.
cms/verbs-webp/118483894.webp
nyte
Hun nyter livet.
genieten
Ze geniet van het leven.
cms/verbs-webp/118549726.webp
sjekke
Tannlegen sjekker tennene.
controleren
De tandarts controleert de tanden.
cms/verbs-webp/120193381.webp
gifte seg
Paret har nettopp giftet seg.
trouwen
Het stel is net getrouwd.
cms/verbs-webp/124053323.webp
sende
Han sender et brev.
sturen
Hij stuurt een brief.
cms/verbs-webp/63457415.webp
forenkle
Du må forenkle kompliserte ting for barn.
vereenvoudigen
Je moet ingewikkelde dingen voor kinderen vereenvoudigen.