Woordenlijst

Leer werkwoorden – Noors

cms/verbs-webp/116067426.webp
løpe vekk
Alle løp vekk fra brannen.
wegrennen
Iedereen rende weg van het vuur.
cms/verbs-webp/97188237.webp
danse
De danser en tango forelsket.
dansen
Ze dansen verliefd een tango.
cms/verbs-webp/100649547.webp
ansette
Søkeren ble ansatt.
aannemen
De sollicitant werd aangenomen.
cms/verbs-webp/11497224.webp
svare
Studenten svarer på spørsmålet.
antwoorden
De student beantwoordt de vraag.
cms/verbs-webp/121928809.webp
styrke
Gymnastikk styrker musklene.
versterken
Gymnastiek versterkt de spieren.
cms/verbs-webp/108520089.webp
inneholde
Fisk, ost og melk inneholder mye protein.
bevatten
Vis, kaas en melk bevatten veel eiwitten.
cms/verbs-webp/115113805.webp
prate
De prater med hverandre.
kletsen
Ze kletsen met elkaar.
cms/verbs-webp/91367368.webp
gå tur
Familien går tur på søndager.
wandelen
De familie gaat op zondag wandelen.
cms/verbs-webp/30314729.webp
slutte
Jeg vil slutte å røyke fra nå av!
stoppen
Ik wil nu stoppen met roken!
cms/verbs-webp/102169451.webp
håndtere
Man må håndtere problemer.
omgaan
Men moet met problemen omgaan.
cms/verbs-webp/120259827.webp
kritisere
Sjefen kritiserer den ansatte.
bekritiseren
De baas bekritiseert de werknemer.
cms/verbs-webp/119895004.webp
skrive
Han skriver et brev.
schrijven
Hij schrijft een brief.