Testen 1



Datum:
Tijd besteed aan testen::
Score:


Thu Oct 03, 2024

0/10

Klik op een woord
1. een
2. ik en jij
I you   See hint
3. een, twee, drie
one, , three   See hint
4. Het kind houdt van chocolademelk en appelsap.
The child cocoa and apple juice.   See hint
5. De afwas is vuil.
The are dirty.   See hint
6. Ik wil graag naar de luchthaven.
would like to go to the airport.   See hint
7. Houd je van varkensvlees?
Do you pork?   See hint
8. Waar is de bushalte?
is the bus stop?   See hint
9. Waar is het kasteel?
Where the castle?   See hint
10. Neem zonnecrême mee.
Take some lotion with you.   See hint