Fjalor
Lituanisht – Foljet Ushtrim

zijn
Je moet niet verdrietig zijn!

hangen
Ze hangen beide aan een tak.

verder gaan
Je kunt op dit punt niet verder gaan.

rondkomen
Ze moet rondkomen met weinig geld.

trouwen
Minderjarigen mogen niet trouwen.

tonen
Ik kan een visum in mijn paspoort tonen.

zitten
Ze zit bij de zee tijdens zonsondergang.

vermelden
De baas vermeldde dat hij hem zal ontslaan.

luisteren
Hij luistert graag naar de buik van zijn zwangere vrouw.

verhuren
Hij verhuurt zijn huis.

openen
Kun je dit blikje voor me openen?
