Vocabulario
Aprender adjetivos – neerlandés

dom
het domme praten
tonto
hablar tontamente

actief
actieve gezondheidsbevordering
activo
promoción activa de la salud

zelfgemaakt
de zelfgemaakte aardbeienpunch
casero
el ponche de fresa casero

seksueel
seksuele lust
sexual
lujuria sexual

haastig
de gehaaste kerstman
apurado
el Santa Claus apurado

persoonlijk
de persoonlijke begroeting
personal
el saludo personal

bochtig
de bochtige weg
curvado
la carretera curvada

jong
de jonge bokser
joven
el boxeador joven

armzalig
armzalige woningen
miserable
viviendas miserables

streng
de strenge regel
estricto
la regla estricta

open
het open gordijn
abierto
la cortina abierta
