Testen 39



Datum:
Tijd besteed aan testen::
Score:


Mon Dec 29, 2025

0/10

Klik op een woord
1. Landen en talen
Landoj kaj   See hint
2. Zij werkt op kantoor.
Ŝi laboras en   See hint
3. Zal ik de aardappelen schillen?
mi senŝeligu la terpomojn?   See hint
4. Zie je die toren daar?
Ĉu vi vidas la tie?   See hint
5. Een gekookt ei?
Ĉu boligitan ?   See hint
6. Kun je hier ski’s huren?
Ĉu oni povas lupreni skiojn ?   See hint
7. Daar is een restaurant.
Tie estas   See hint
8. Heb je een zwembroek?
Ĉu vi havas ?   See hint
9. Mis je iets?
Ĉu vi ion?   See hint
10. Morgen is het dinsdag.
estas mardo   See hint