Testen 75



Datum:
Tijd besteed aan testen::
Score:


Sat Nov 16, 2024

0/10

Klik op een woord
1. De hoofdsteden zijn groot en lawaaierig.
Stolice są i głośne.   See hint
2. april, mei en juni.
kwiecień, maj czerwiec.   See hint
3. Achter het huis is de tuin.
domem jest ogród.   See hint
4. U heeft een licht accent.
Mówi / pani z lekkim akcentem.   See hint
5. Mag ik de kaart, alstublieft?
Poproszę dań.   See hint
6. Waar is de slaapwagen?
Gdzie wagon sypialny?   See hint
7. Is er een goed restaurant in de buurt?
Gdzie tu jakaś dobra restauracja?   See hint
8. De film was spannend.
Ten film ciekawy.   See hint
9. Ik wil naar de boekhandel om een boek te kopen.
Chcę iść księgarni, kupić książkę.   See hint
10. Ik heb altijd rugpijn.
bolą mnie plecy.   See hint