Testen 36



Datum:
Tijd besteed aan testen::
Score:


Tue Nov 12, 2024

0/10

Klik op een woord
1. In welk hotel verblijft u?
welchem Hotel wohnen Sie?   See hint
2. negen
3. Ik heb een sinaasappel en een grapefruit.
habe eine Orange und eine Grapefruit.   See hint
4. Dit zijn mijn boeken.
sind meine Bücher.   See hint
5. Ik vind dat vreselijk.
Ich finde furchtbar.   See hint
6. Heeft u bloemkool?
Haben Blumenkohl?   See hint
7. Kunt u een taxi bestellen?
Sie bitte ein Taxi.   See hint
8. Waar is een batterij?
Wo ist Batterie?   See hint
9. We zwemmen af en toe.
Manchmal wir.   See hint
10. Ik wil graag ingenieur worden.
möchte Ingenieur werden.   See hint